Historie

1961: de metro wordt aangelegd

Na het vaststellen van de plannen voor een ‘tramtunnel’ in de jaren vijftig wordt een begin gemaakt met de aanleg van het tracé voor de Rotterdamse metro. Vooral in de binnenstad zijn de gevolgen voor het verkeer groot: Weena, Hofplein, Coolsingel en de Schiedamsedijk veranderen jarenlang in een enorme bouwput.

In Rotterdam-Zuid is de ingreep minder groot, omdat daar een bovengronds viaduct wordt aangelegd.

1966: de rijtuigen komen

De firma Werkspoor in Utrecht produceert 27 rijtuigen voor de Rotterdamse metro. Na het leveren worden de voertuigen via het spoorwegennet van de NS naar Rotterdam vervoerd. Dat levert vermakelijke beelden op van een metro naast een NS trein op het Centraal Station. De metrovoertuigen worden gestald bij de remise aan de Hilledijk.

1968: Opening door prinses Beatrix

Prinses Beatrix en prins Claus verrichten op 9 februari samen met burgemeester Thomassen en RET directeur Van Leeuwen de opening van de metro. De eerste rit vindt plaats tussen het Centraal Station en station Zuidplein. Bij Zuidplein wordt de opening groots gevierd met onder meer een optreden van de RET Harmonie en een kermis. Elke Rotterdammer krijgt een gratis kaartje voor een eerste kennismaking met het nieuwe openbaar vervoer in de stad.

1968: Metrorapport 5

In het zogeheten Metrorapport 5 wordt het openbaar vervoer voor de nieuwe wijk Ommoord besproken. De vraag is dan nog of er een sneltram of een metro zal komen, maar uiteindelijk wordt voor een metro gekozen. De uitvoering hiervan vindt pas in de jaren tachtig plaats.

De kosten worden in 1970 geraamd op 450 miljoen gulden, waarvan het Rijk 214 miljoen bijdraagt.

1970: uitbreiding van het lijnennetwerk

De noord-zuidlijn wordt door uitbreiding van het metroviaduct verlengd tot aan station Slinge. Het is niet de laatste verlenging van de lijn in zuidelijke richting, want er staat nog een lijn naar Hoogvliet in de planning die enkele jaren later in gebruik wordt genomen. Die verlenging naar Hoogvliet is echter alleen mogelijk met een bijdrage van het Rijk.

1974: verlenging richting Hoogvliet

De noord-zuidlijn wordt vanaf station Slinge verlengd naar Rhoon, Poortugaal en Hoogvliet. De lijn is hiermee ten opzichte van 1968 bijna twee keer zo lang geworden. Het eindpunt is voorlopig station Zalmplaat. Op de foto de eerste paal die geslagen is voor de verlening richting Hoogvliet.

Het besluit tot deze doortrekking was al in september 1967 door de gemeenteraad genomen en vergde een extra financiering van 99 miljoen gulden, waarvan 45,6 miljoen van het Rijk werd gevraagd. In afwachting van de Rijksbijdrage werd daarom in 1970 alleen tot aan station Slinge verlengd.

1980: nieuw materieel

Er wordt nieuw materieel in gebruik genomen voor de metro. De MG2 krijgt gezelschap van de SG2, die zowel op A, B en C lijn gaat rijden. Ook van dit voertuig worden 71 exemplaren in dienst genomen.

Vanaf 2002 worden bovendien nog achttien voertuigen in gebruik genomen van het verder ontwikkelde type SG2/1.

1982: opening oost-westlijn

Veertien jaar na de noord-zuidlijn wordt ook de oost-westlijn geopend. De lijn voert tijdens de opening van station Coolhaven naar station Capelsebrug. Anders dan bij de aanleg van de noord-zuidlijn is er deze keer op verschillende plekken gesloopt om het tracé te kunnen aanleggen. Zo is onder meer het oude Maritiem Museum Prins Hendrik gesloopt voor de aanleg van station Dijkzigt. In Kralingen wordt een deel van de Oudedijk en de Voorschoterlaan gesloopt.

1986: verlenging oost-westlijn

Daarna volgt de verlenging naar Binnenhof in 1983. Dit metro/sneltramtraject was een compromis, bereikt na felle discussies in de gemeenteraad en met de inwoners. Een compromis waarmee geen van de betrokkenen echt tevreden was. Wel zorgde de nieuwe lijn ervoor dat de inwoners van de wijken een rechtstreekse verbinding met de binnenstad kregen. Een jaar later werd ook het tracé tussen Coolhaven en de Tochten in dienst genomen. In 1986 werd de Oost-Westlijn verlengd tot Marconiplein.

1994: richting Capelle aan den IJssel

Vanaf de oost-west lijn wordt een nieuwe vertakking aangelegd, die voert naar station De Terp in Capelle aan den IJssel. De lijn wordt op 29 mei in gebruik genomen. In 2017 is het station Capelle Centrum vernieuwd en aangepast aan de ambities van de gemeente Capelle om van het stadshart een levendig en aantrekkelijk centrum te maken.

In 2000 krijgt Spijkenisse een tweede aansluiting op het metronet, ditmaal richting Schiedam. De Beneluxlijn voert vanaf Hoogvliet naar Pernis en Schiedam, zodat een directe verbinding naar het Marconiplein ontstaat.

2005: de ov-chipkaart

Bij de RET wordt, Als eerste OV-bedrijf in Nederland, de OV-chipkaart geïntroduceerd bij de RET. 'Als je met de metro reizen moet, zorg je voor voldoende reistegoed’, aldus de RET in een reclamespotje voor de OV-chipkaart.

De nieuwe Rotterdamse wijk Nesselande krijgt vorm. Vanaf Zevenkamp is een anderhalf kilometer viaduct naar Nesselande gebouwd. De opening van het station is een feest voor de nieuwe wijk, die hiermee een snelle verbinding naar het centrum van de stad krijgt. Binnen een half uur kun je vanaf Nesselande bij de Coolsingel zijn.

2006: nieuw materieel

De uitbreiding en vernieuwing van de Rotterdamse metro betekent dat er ook steeds meer nieuw materieel wordt ontwikkeld en ingezet. In 2006 wordt het type RSG2 in gebruik genomen, in 2008 opgevolgd door RSG3 die nog steeds rijdt en hiernaast op de foto staat.

In 2009 volgt het type SG3, waarvan er 42 in dienst zijn genomen. De laatste vernieuwing is de HSG3, waarvan er sinds 2015 22 in gebruik zijn.

2010: RandstadRail

De aanleg van het RandstadRail tracé naar Den Haag is een feit. Na jarenlange besprekingen over het tracé door Rotterdam-Noord is uiteindelijk voor een geboorde tunnel gekozen, die de wijk intact laat. In Rotterdam wordt aanvankelijk nog gebruikgemaakt van de Hofpleinlijn. Pas op 11 december 2010 is het nieuwe metrostation onder Rotterdam Centraal gereed en wordt de lijn verlegd. De Hofpleinlijn komt te vervallen en het oude spoorwegviaduct wordt een Rijksmonument.

De RandstadRail is een succes en in 2018 is het aantal passagiers dat dagelijks gebruik maakt van het traject Rotterdam CS en Den Haag CS al tot ruim 40.000 gestegen.